Franse onderzoekers vergeleken bij 145 ouderen (gemiddeld 75,5 jaar; SD = 4,1; 34% vrouw) de subjectieve taxatie van de rijvaardigheid met de resultaten van een rijtest op de weg in een Peugeot 307 onder leiding van een instructeur die niet op de hoogte was van de beoordeling van de rijvaardigheid door de deelnemers zelf. De rijtest duurde veertig tot vijftig minuten. De chauffeurs legden 28 kilometer af onder verschillende omstandigheden (stadsverkeer, provinciale weg, snelweg). De prestaties op de weg werden systematisch gescoord als ‘laag’, ‘gemiddeld’ of ‘hoog’. ‘Laag’ betekende een samengestelde score voor rijvaardigheid passend bij de laagst scorende 25%, ‘hoog’ was een score passend bij de hoogst scorende 25%. Van de 39 deelnemers zoals Anna behaalden er drie (8%) een lage score op de rijtest (95%-BI: 3% – 20%). Van de 82 deelnemers à la Bea bleek 15% (12/82) laag te scoren bij de rijtest (95%-BI: 9% – 24%). Van de 24 deelnemers als Carel scoorde 17% (4/24) laag op de weg (95%-BI: 7% – 36%). Hadden deelnemers die hun rijvaardigheid bij voorbaat lager inschatten een lagere score op de rijtest dan deelnemers die meer vertrouwen in hun rijvaardigheid uitspraken? Nee, een Cochran-Armitage Trend test was met een t-waarde van 1,12 niet-significant (p = 0,13).
Instappen bij Anna (de ‘opschepper’) zou volgens deze gegevens de veiligste keuze zijn; mensen als Carel zaten met de subjectieve waardering van hun rijvaardigheid het dichtst bij de ‘objectieve’ werkelijkheid. De percentages voor de drie typen chauffeurs ontlopen elkaar echter niet veel en de 95%-betrouwbaarheidsintervallen overlappen elkaar. Voor de veiligheid van de psycholoog maakt het antwoord van de cliënt dus weinig verschil.
Overigens zou instappen bij welke cliënt dan ook een overtreding kunnen inhouden van artikel 39 van de NIP Beroepscode voor psychologen 2024: Onafhankelijkheid en objectiviteit in het beroepsmatig handelen.
https://psynip.nl/beroepskwaliteit/tuchtrecht/uitspraken/uitspraken-2020-college-van-toezicht/