Ga naar de inhoud

Overzicht

Kritische beschouwing van het concept BPSD

Samenvatting
Het gebruik van de term BPSD (Behavioral and Psychological Symptoms of Dementia) in wetenschap en praktijk roept discussie op. Deze bijdrage belicht de ontstaansgeschiedenis van het concept BPSD en werpt een kritische blik op de wijze waarop BPSD is gedefinieerd en geoperationaliseerd. Daarbij wordt ingegaan op de psychometrische kwaliteit van de Neuropsychiatric Inventory (NPI), verreweg het meest gebruikte meetinstrument voor BPSD. We bespreken hoe eenzijdig biomedisch georiënteerde terminologie voor gedrag en beleving van mensen met dementie zich verhoudt tot het biopsychosociale model voor menselijk gedrag en tot het gedachtegoed van Kitwood. Ook gaan we in op onderzoek naar de effecten van pathologiserend taalgebruik op de kwaliteit van zorg voor mensen met dementie. Tot slot is er aandacht voor #BanBPSD, een internationale beweging die via sociale media is ontstaan, en voor termen rond gedrag en beleving waaraan mensen met dementie en mantelzorgers de voorkeur geven.

Trefwoorden: BPSD, behavioral and psychological symptoms of dementia, neuropsychiatrische symptomen, Neuropsychiatric Inventory (NPI)

Je moet ingelogd zijn om de rest van de inhoud te bekijken. Alsjeblieft . Geen lid? Join Us

Stigma door associatie, ervaren belasting en eenzaamheid bij mantelzorgers. Samenhang met veerkracht en sociale steun

Achtergrond: Als gevolg van de stijgende levensverwachting groeit het aantal zorgbehoevenden met een chronische aandoening. De laatste jaren verschuift de zorg steeds meer van formele zorg (in o.a. ziekenhuizen, verpleeghuizen) naar informele zorg door naasten (mantelzorg).

Doel: Het doel van deze studie is onderzoeken of stigma door associatie (SDA) en belasting bij mantelzorgers kunnen leiden tot eenzaamheid en of sociale steun en veerkracht een bescherming kunnen bieden tegen eenzaamheid.

Methode: Er werd een vragenlijst opgesteld om al deze variabelen in kaart te brengen die door 386 mantelzorgers werd ingevuld.

Resultaten: Stigma door associatie en ervaren belasting blijken positief samen te hangen met eenzaamheid. Sociale steun en veerkracht hangen negatief samen met eenzaamheid onder mantelzorgers. Er werden geen moderatie-effecten gevonden. Exploratieve analyses toonden dat veerkracht en sociale steun de relatie tussen SDA, ervaren belasting en eenzaamheid mediëren.

Conclusie: Interventies gericht op de verbetering van de kwaliteit van leven bij mantelzorgers dienen gericht te zijn op het verlagen van de belasting, het verbreden van de sociale steun en het versterken van de veerkracht. Toekomstig onderzoek is nodig om de verbanden tussen SDA, belasting, veerkracht, sociale steun en ontwikkelingen in eenzaamheid verder te verhelderen.

Trefwoorden: stigma door associatie, belasting, eenzaamheid, sociale steun, veerkracht

Je moet ingelogd zijn om de rest van de inhoud te bekijken. Alsjeblieft . Geen lid? Join Us

Schematherapie op een gerontopsychiatrische verpleeghuisafdeling

Deze gevalsbeschrijving is een bewerkte vorm van het hoofdstuk Schematherapie in het verpleeghuis van het praktijkboek Schematherapie bij ouderen met persoonlijkheidsproblematiek (Arjan Videler, Anne-Aurore den Hartog, Kim Turksma & Bas van Alphen) dat binnenkort verschijnt.

Samenvatting
Schematherapie kan als behandeling voor persoonlijkheidsstoornissen effectief worden ingezet bij ouderen, maar de toepassing in het verpleeghuis en bij mensen met cognitieve stoornissen is innovatief. Deze gevalsbeschrijving gaat over schematherapie gegeven aan een 61-jarige vrouw die op een gerontopsychiatrische verpleeghuisafdeling woont. Ze heeft een persoonlijkheidsstoornis met afhankelijke trekken in combinatie met een recidiverende depressie met psychotische kenmerken en PTSS. Klachten rond een laag zelfbeeld (met gevoelens van onzekerheid), slaapproblemen, schuldwanen, piekeren en zelfverwijt verbeterden klinisch significant na het aanbieden van individuele schematherapie over een periode van drie jaar.

Trefwoorden: schematherapie, ouderen, verpleeghuis, gerontopsychiatrie, persoonlijkheidsstoornissen, cognitieve stoornissen

Je moet ingelogd zijn om de rest van de inhoud te bekijken. Alsjeblieft . Geen lid? Join Us

Ouderenmishandeling in Nederland. Een grijs gebied

Achtergrond: Ouderenmishandeling verdient meer aandacht gezien de toenemende vergrijzing.

Doel: Dit overzicht beoogt inzicht te geven in de huidige stand van zaken rond ouderenmishandeling in Nederland.

Methode: Er is literatuuronderzoek uitgevoerd om een overzicht te krijgen van de huidige kennis over en aanpak van ouderenmishandeling in Nederland.

Resultaten: In Nederland is tot nu toe weinig onderzoek gedaan naar de prevalentie en risicofactoren van ouderenmishandeling, zowel in vergelijking met andere vormen van huiselijk geweld als met internationale studies. De Nederlandse onderzoeksresultaten komen niet altijd overeen met internationale bevindingen wat betreft prevalentiecijfers en risicofactoren. Er zijn beperkte ontwikkelingen om de preventie en aanpak van ouderenmishandeling te verbeteren.

Conclusie: Er is meer onderzoek nodig om een goed beeld te krijgen van de aard, omvang en risicoverhogende factoren van ouderenmishandeling in Nederland, zowel voor ouderen die thuis wonen als voor ouderen die in een instelling verblijven.

Trefwoorden: ouderenmishandeling, leeftijdsdiscriminatie, prevalentie, risicofactoren, kwetsbaarheidsfactoren

Je moet ingelogd zijn om de rest van de inhoud te bekijken. Alsjeblieft . Geen lid? Join Us

Wat als traumagerichte therapie (nog) niet lukt? Werkmodel voor traumagerichte behandeling en herstel

Samenvatting
Er is veel aandacht voor de rol van psychotrauma als generieke factor in psychiatrische aandoeningen. Dit heeft ertoe geleid dat wetenschappelijk onderzoek over psychotrauma en posttraumatische stressstoornis (PTSS) in de laatste tientallen jaren exponentieel is gegroeid. In 2020 is er door het Zorginstituut samen met partijen in de zorg een ‘Verbetersignalement Zinnige Zorg voor mensen met PTSS’ opgesteld zodat meer mensen met PTSS gerichte traumabehandeling krijgen. Er is een groep ouderen die geen traumabehandeling conform de richtlijn krijgt omdat men niet kan, wil of durft. Met name door onbekendheid met therapie en traumagerelateerde klachten maar ook door de veelheid aan comorbide problemen of angst voor ontregeling. Als er (nog) geen evidence-based traumabehandeling geboden kan worden, wat doe je dan? In deze bijdrage wordt een praktisch werkmodel uiteengezet om te komen tot gerichte keuzes in de behandeling.

Trefwoorden: PTSS, traumabehandeling, ouderen

Je moet ingelogd zijn om de rest van de inhoud te bekijken. Alsjeblieft . Geen lid? Join Us

Eenvoudig en effectief detecteren van psychisch hoog kwetsbare ouderen in de thuissituatie

Achtergrond: ‘Thuis oud worden’ resulteert in meer thuiswonende ouderen. Het detecteren van multidimensionele kwetsbaarheid, waaraan psychische kwetsbaarheid het meest bijdraagt, blijft een uitdaging.

Doel: Deze studie onderzoekt of negatieve emoties psychische kwetsbaarheid kunnen voorspellen.

Methode: Data zijn afkomstig van de ‘Belgian Ageing Studies’, een cross-sectionele studie die kwaliteit van leven bij thuiswonende ouderen onderzoekt. Kwetsbaarheid werd bij 10787 deelnemers gemeten met het ‘Comprehensive Frailty Assessment Instrument’ en negatieve emoties met ‘Geriatric Depression Scale’. ‘Chi kwadraat Automatische Interactie Detectie’ werd gebruikt om een hiërarchische volgorde van voorspellers voor hoge psychische kwetsbaarheid te identificeren.

Resultaten: Ouderen die zich vaak hopeloos voelen, niet tevreden zijn met hun leven en zich vaak vervelen, zijn in 84,5% van de gevallen psychisch hoog kwetsbaar.

Conclusie: Door drie vragen te stellen stijgt de kans op detectie van psychisch hoog kwetsbaren van minder dan 1/10 tot meer dan 8/10. Dit biedt perspectieven om grootschalig naar psychische kwetsbaarheid te screenen.

Trefwoorden: psychische kwetsbaarheid, detectie, negatieve emoties

Je moet ingelogd zijn om de rest van de inhoud te bekijken. Alsjeblieft . Geen lid? Join Us

Invloed van maladaptieve persoonlijkheidstrekken op gedragsmatige en psychologische symptomen bij dementie

Achtergrond: Dit onderzoek richt zich op de relatie tussen maladaptieve persoonlijkheidstrekken en ernst van gedrags- en psychologische symptomen bij dementie (BPSD), alsook de emotionele belasting van mantelzorgers gerelateerd aan BPSD.

Doel: Het meten van de ernst van BPSD-symptomen en bijbehorende emotionele belasting.

Methode: 182 mantelzorgers van Nederlandse verpleeghuisbewoners met dementie van 65 jaar en ouder vulden de Neuropsychiatrische vragenlijst (NPI) in voor het meten van de ernst van BPSD en bijbehorende emotionele belasting. Persoonlijkheid werd gemeten met de verkorte vorm van de vragenlijst voor de DSM-5 persoonlijkheid (PID-5-BF) en twee leeftijdsspecifieke instrumenten: de Hetero-Anamnestische Persoonlijkheidsvragenlijst (HAP 2.0) en de Gerontologische Persoonlijkheidsstoornissen Schaal (GPS). Relaties werden onderzocht met correlatie- en regressieanalyses.

Resultaten: Symptoomernst en emotionele belasting correleerden met Negatieve Affectiviteit, Antagonisme en indicaties voor een persoonlijkheidsstoornis. Emotionele belasting had ook een middelgroot effect op Afstandelijkheid. Maladaptieve persoonlijkheidstrekken waren gekoppeld aan een hogere BPSD-ernst en meer emotionele belasting.

Conclusie: Resultaten zijn consistent met eerdere bevindingen. Maladaptieve persoonlijkheidstrekken zijn significant verbonden met BPSD-ernst en emotionele belasting. Persoonlijkheidsonderzoek voegt waarde toe door de mogelijkheid van meer gepersonaliseerde zorg bij BPSD-behandelstrategieën.

Trefwoorden: gedrags- en psychologische symptomen bij dementie, emotionele belasting van zorgverleners, maladaptieve persoonlijkheidstrekken, premorbide persoonlijkheid

Je moet ingelogd zijn om de rest van de inhoud te bekijken. Alsjeblieft . Geen lid? Join Us

Verkenningen in de ouderenpsychologie. Meerwaarde van breed gedragen onderzoeksagenda’s

Achtergrond: Ouderen blijven ondervertegenwoordigd in wetenschappelijk onderzoek, en diverse domeinen in de ouderenpsychologie zijn nog onderbelicht. Het opstellen van breed gedragen onderzoeksagenda’s is een cruciale stap voor het sturen van toekomstig wetenschappelijk onderzoek in dit vakgebied. Hierbij is een gelijkwaardige inbreng van alle belanghebbenden van groot belang.

Doel: Dit artikel illustreert een methodologie voor het formuleren van onderzoeksagenda’s in diverse domeinen van de ouderenpsychologie, vanuit het perspectief van cliëntvertegenwoordigers, naasten en zorgverleners.

Methode: Er wordt een multidimensionale benadering ingezet, waarbij zowel ervaringskennis als professionele kennis wordt benut om onderzoeksprioriteiten te formuleren. Een evenwichtige combinatie van kwalitatieve en kwantitatieve methoden vormt de basis, met gelijkwaardige inbreng van cliëntvertegenwoordigers, naasten en zorgverleners in een klankbordgroep, een open brainstorm en twee prioriteringsrondes.

Conclusie: Deze aanpak biedt potentieel voor diverse onderzoeksgebieden binnen de ouderenpsychologie, zoals – maar niet beperkt tot – persoonlijkheidsstoornissen, autisme, forensische problematiek, neurocognitieve problemen, verslavingsproblemen, psychotische stoornissen en ADHD.

Trefwoorden: onderzoeksagenda, onderzoeksmethode, ouderenpsychologie, patiëntparticipatie

Je moet ingelogd zijn om de rest van de inhoud te bekijken. Alsjeblieft . Geen lid? Join Us